Locatie

Dokkum is een stad in de Nederlandse gemeente Noardeast-Fryslân. In 2018 telde de plaats 12.540 inwoners. Dokkum is gelegen op de grens tussen de Kleistreek en de Friese Wouden, in het noordoosten van de provincie Friesland. Dokkum is een van de Friese elf steden en heeft een regionale verzorgingsfunctie voor Noordoost-Friesland. De stad is de vijfde winkelstad van Friesland (56.688 m2 verkoopvloeroppervlakte). Rond Dokkum wordt het Friese dialect Noordhoeks gesproken. Sinds 2016 is Dokkum dankzij de Centrale As aangesloten op een hoogwaardig wegennetwerk richting Leeuwarden, Drachten en Groningen.

Dokkum geniet internationale bekendheid omdat in 754 Bonifatius in de omgeving van Dokkum werd vermoord. Over de oorsprong van de naam Dokkum zijn verschillende verklaringen in omloop. Sommigen denken aan een combinatie en samentrekking van de Friese mansnaam 'Docko' die hier een erf of 'heim/hiem' zou hebben bezeten. Anderen associëren Dokkum met 'Tockingen', dat is een 'nederzetting aan een tocht of stroom'. Schrijfwijzen voor de plaatsnaam waren onder meer 'Dockinga' en 'Dockynchirica'. Dokkum is vanaf de middeleeuwen ook de vestigingsplaats van een klooster dat vanaf de 13e eeuw door de Norbertijner orde wordt uitgeoefend. Olivier van Keulen predikte in 1214 in Dokkum de kruistocht, waar dan ook Dokkumers aan hebben meegedaan. Deze geschiedenis wordt door middel van een halve maan op het wapen van Dokkum in herinnering gebracht. In 1298 kreeg Dokkum na Stavoren, Harlingen en IJlst als vierde stad van Friesland stadsrechten. In de Grote Friese Oorlog doet het Geallieerde leger onder leiding van Fokko Ukena een aanval op Dokkum (1418). Na enkele schermutselingen met de Schieringer verdedigers geven deze zich over en is de stad overmeesterd. Dokkum wordt gebrandschat en de stad militair onschadelijk gemaakt. In de Tachtigjarige Oorlog tegen Spanje was Dokkum een belangrijke pion in de strijd. In 1572 was de stad enkele uren in handen van de Geuzen. Dokkum werd daarvoor zwaar gestraft met de Waalse Furie in Dokkum. Na 1579, toen Dokkum zich aansloot bij de Unie van Utrecht begon een tijdperk van rust. Het roomse klooster en de kloosterkerk worden in 1589 gesloopt, de toren van de kerk blijft tot 1832 het stadsbeeld bepalen. In vroegere jaren lag de stad in open verbinding met de zee, het Dokkumergrootdiep. In 1597 vestigde de Friese Admiraliteit zich in Dokkum. Vanuit hier werden allerlei zaken voor de beveiliging van de handelsvaart en oorlogvoering met Spanje op zee geregeld. Dokkum was van groot strategisch belang, wat ook blijkt uit de aanleg van de stadswallen in de jaren 1581-1582. Toch bleef de Admiraliteit niet lang in Dokkum. Vanwege het dichtslibben van de vaarroutes verplaatste zij in 1644 het kantoor naar Harlingen. In 1729 werd de open verbinding met de Lauwerszee definitief afgesloten door de aanleg van de Dokkumer Nieuwe Zijlen. Deze verving tevens de oude 16e-eeuwse zeesluis onder de Zijl. Dokkum ontwikkelde zich steeds meer tot een op het land georiënteerde stad. Door de aanleg van de Stroobossertrekvaart in de jaren 1654 - 1656 ging Dokkum failliet. Dokkum stond en staat in de lokale traditie bekend als "Arm Dokkum". Tot 1925 bleef de gemeente binnen de begrenzing van de bolwerken, daarna werden delen van Oost- en West-Dongeradeel en Dantumadeel aan de gemeente Dokkum toegevoegd. Tot 1984 was Dokkum tevens een zelfstandige gemeente. Door een samenvoeging met de gemeenten West- en Oostdongeradeel ontstond de gemeente Dongeradeel, waarvan Dokkum de hoofdplaats werd. Ten zuiden van Dokkum bevindt zich een bron die door de overlevering in verband wordt gebracht met (de dood van) de Angelsaksische missionaris Bonifatius in 754 en daardoor een katholiek bedevaartsoord is geworden. In Dokkum begon Fedde Sonnema zijn destilleerderij en likeurstokerij, tegenwoordig nog steeds bekend van Sonnema Berenburg. De oude fabriek staat nog steeds in Dokkum. Het pleintje voor de voormalige fabriek is naar Sonnema Sonnemapleintje genoemd. De berenburg wordt inmiddels in Bolsward gestookt. In de negentiende eeuw ontstond een toenemend ruimtegebrek in Dokkum. Dit was te wijten aan de vestingwallen die groei naar buiten belemmerden, binnen het schootsveld van de kanonnen op de bastions mocht namelijk niet gebouwd worden. Alle nieuwbouw werd in de binnenstad opgepropt, wat leidde tot het verlies van vele oude historische gebouwen. Gelukkig werd de binnenstad van Dokkum - als een van de eerste plaatsen in Nederland - in 1974 uitgeroepen tot beschermd stadsgezicht en is daarmee een van de beschermde stads- en dorpsgezichten in Friesland. Vroeger stopte er een trein in Dokkum, het Dokkumer lokaaltje. De passagiersdienst is al voor de oorlog opgeheven, het goederenvervoer pas halverwege jaren 70, maar toch is bij menig Dokkumer het Dokkumer lokaaltje een bekend iets. Zo was er een kroeg in Dokkum met de naam "Dokkumer lokaaltje", en kent iedere Dokkumer het welbekende lied van het treintje.